Je stapt een kledingzaak binnen en je ziet meteen dat er iets niet klopt.
Kleding genoeg, daar ligt het niet aan …
Er is echter nergens een spiegel te vinden.
Pashokjes, daar doen ze hier niet aan.
De kleren hangen niet op maat.
Het meest vreemde van alles is, dat er al vrij vlot een medewerker op je afkomt. Je krijgt een stapeltje kleren in de handen gedrukt. Je hoort dat er tegen je gezegd wordt: “alle kleren zijn passend”. Vervolgens word je doorverwezen naar de kassa.
We kunnen dit wel heel erg vreemd vinden, toch is het precies de manier waarop veel gemeenten in Nederland de Participatiewet denken te moeten uitvoeren. Zolang het een kledingzaak betreft, die je vrijwillig binnenloopt, kunnen we er wel om lachen. Maar als het om ons dagelijks werk en ons inkomen gaat, dan piepen we wel anders en is het lachen ons snel vergaan
Kom je in de bijstand terecht, dan ben je in veel gemeenten vogelvrij verklaard. “Alle werk is passend!”, roepen ze in koor. Klinkklare onzin natuurlijk, maar als je gangbaar werk weigert te accepteren, dan staan ze te trappelen om boetes op te leggen, waardoor je ook nog eens (een deel van) je toch al minimale inkomen kwijt kan raken.
Opeens wordt duidelijk waarom de hoge werkeloosheidscijfers verdwijnen als sneeuw voor de zon. Gemeenten staan te wapperen met succeslijsten van mensen uit de bijstand, die zij aan werk hebben ‘geholpen’. Deze mensen kunnen aan het stofdoeken stapelen, donders goed wetend, dat hun droombaan steeds verder uit het zicht raakt.
Bekijk de volgende aflevering van Nieuwsuur waarin je kunt zien, hoe de gemeente Apeldoorn denkt de Participatiewet te moeten uitvoeren.